Meditaties uit Kasjmir: Vijnana Bhairava Tantra

Inleiding

Meditaties uit Kashmir: Vijnana Bhairava

De Vijnana Bhairava Tantra bevat 112 meditaties. We behandelen hier de meditaties die over de ademhaling gaan. Ze ontstonden in Kasjmir rond de 7e of 8e eeuw.

Als je aan Kasjmir denkt dan komen er misschien beelden van fijne wol of grensconflicten voor je geest. Maar dan ga je voorbij aan de rijke religieuze geschiedenis van deze bergachtige streek in Noord India.

De tot het boeddhisme bekeerde keizer Asoka stichtte er de hoofdstad Srinagar. Ook de vermaarde filosoof, mysticus en dichter Abhinavagupta werd in Kasjmir geboren.

In het Kasjmir van de 7e of 8e eeuw kreeg de verering van Shiva een nieuw élan. Zo ontstond er een stroming die nu bekend staat als het Kasjmir Shaivisme. Hoewel Shiva er een grote rol in speelt kreeg Shakti als vrouwelijke en energetische tegenpool van Shiva er ook een belangrijke plaats.

Eén van de hoofdteksten van deze stroming is de Vijnana Bhairava Tantra. De auteur is onbekend maar de titel is wel te verklaren. Het woord vijnana betekent kennis – geen intellectuele kennis, maar mystieke en op ervaring gebaseerde kennis. Bhairava is een andere naam van Shiva en tevens de benaming voor de absolute werkelijkheid. Een tantra is een geopenbaarde tekst die los staat van de Veda’s. De Vijnana Bhairava is dus een geschrift over de mystieke kennis van het absolute, over de kern yoga. 

112 meditaties uit Kasjmir

De tekst bevat weinig filosofie maar niet minder dan 112 concentratiemethodes. Het zijn stuk voor stuk parels. Vandaar de belangstelling van westerlingen zoals de Parijse geleerde Lilian Silburn en de Amerikaanse dichter Paul Reps. Zij waren leerlingen van Swami Lakshman Joo, één van de laatste gerealiseerde meesters die het Kasjmir Shaivisme vanuit de orale traditie kende. Mijn eigen belangstelling gaat vooral uit naar de methodes die over de ademhaling gaan. Dat komt omdat concentratie op de adem mijn belangrijkste meditatiemethode is. Hieronder staan dus alleen de acht verzen die rechtstreeks op de adem betrekking hebben.

De concentratiemethodes worden heel bondig beschreven volgens een standaard recept: eerst de methode en dan het resultaat. Het resultaat, dat in steeds andere bewoordingen verschijnt, is altijd hetzelfde – het ervaren van de absolute werkelijkheid. Volgens de tekst zelf is ieder van de 112 methodes hiervoor geschikt. 

Drie niveaus

Er is wel een onderscheid naargelang de methodes gericht zijn op één van drie niveaus: individu (Anu), energie (Shakti) of bewustzijn (Shiva). Dit zijn de drie principes van het Kasjmir Shaivisme dat daarom ook bekend staat als Trika (Tri = drie)1. Hoewel de Trika drievoudig lijkt te zijn is het eigenlijk strikt monistisch. Shakti is de energie én de manifestatie van Shiva. Maar Shakti en Shiva zijn in wezen aan elkaar gelijk. Slechts door zijn onwetendheid ervaart het individu de wereld en zuiver bewustzijn als twee gescheiden entiteiten. Volgens de Trika is alles bewustzijn.

Selectie uit de Vijnana Bhairava Tantra

Hier volgt mijn selectie uit de Vijnana Bhairava. In de eerste reeks van ademhalingmeditaties worden de methodes steeds verfijnder. De concentratie verdiept zich van de ademweg naar de adempauzes. En van het voelen van de subtiele ademenergie in de wervelkolom naar de stilte van een langere adempauze. Daarna volgt nog een aantal andere methodes, waaronder aandachtpunten voor het dagelijks leven.

De inademing en de uitademing ontstaan en vergaan in twee punten, onder en boven. Ervaar de volledigheid tussen de adembewegingen.

vers 24

Beste lezer, ik ga ervan uit dat je al ervaring hebt met meditatie, in het bijzonder met meditatie op de ademhaling. Dan kan je de adem tellen (van 1 tot 10) en ook volgen. 

Dit vers vraagt je om nog nauwkeuriger op de adem te letten. Het gaat hier over twee punten: het beginpunt en het eindpunt van de adem. Hier gaat het om een punt in de hartstreek en een punt zo’n twaalf vingers (± 20 cm) vóór het hart (dvādaśānta). De punten worden ook wel visarga genoemd, naar de dubbele punt in het Sanskriet alfabet.

Het is de bedoeling dat je de adembeweging volgt tussen de twee punten. De inademing van het eerste naar het tweede punt en de uitademing van het tweede naar het eerste punt. Volgen betekent hier dat de geest samenvalt met de adembeweging. Je bent één met de golfbeweging van de adem. De adem maakt hierbij als vanzelf het geluid “ham” tijdens de inademing en “sa” tijdens de uitademing. Als je deze mantra omkeert dan wordt het de uitdrukking “soham” (ik ben Dat) en dat is een fraaie omschrijving van het eindresultaat van deze beoefening.

Meditaties uit Kashmir

Als de adem keert tussen in- en uitademing, tussen beweging en stilstand: ervaar de twee luisterrijke pauzes.

vers 25

Dit vers spreekt over de pauzes in de ademhaling. Een ademtocht bestaat uit vier onderdelen: inademing, pauze met volle longen, uitademing, leegtepauze. Je kunt je de pauzes voorstellen op de twee plaatsen van het voorgaande vers. Dan ervaar je de pauzes in de hartstreek en in het punt twaalf vingers vóór de neusgaten (dvādaśānta). 

Na de inademing is er een pauze met volle longen in de hartstreek. Na de uitademing is er een pauze met lege longen vóór de neus. Word je gewaar van deze pauzes tussen inademing en uitademing en tussen uitademing en inademing. De pauzes zijn de keerpunten van de adem. In de pauzes wordt de inademing een uitademing en de uitademing weer een inademing. Hoe wonderlijk! Het vereist een goed concentratieniveau om de keerpunten te blijven waarnemen. Na verloop van tijd zou de denkbeeldige adem rechtstreeks van het hart naar het buitenste punt kunnen gaan. Het is zelfs mogelijk dat de twee punten in elkaar versmelten. Regelmatige en langdurige beoefening zal zeker haar vruchten afwerpen. De adempauzes zijn een poort naar het absolute.

Wanneer de ademenergie opbloeit in het midden kan zij niet naar binnen of naar buiten gaan. Wees hier vrij van gedachten en neem zo de vorm van het vormloze aan.

vers 26

Dit vers spreekt over iets dat subtieler is dan de adembeweging of de pauzes daarin. Als de meditatie zich verdiept kan de adem subtieler worden zodat het gevoel van de adembeweging vervaagt. Slechts een gevoel van de ademenergie blijft over, vaak in het midden van de wervelkolom (sushumna). Je zou dit kunnen gaan voelen door de ademhaling te volgen diep onder de navel. Zodra de adem subtieler wordt blijft misschien slechts een verfijnd gevoel over bij de onderste wervels. Zijn dit de pezen van het middenrif die hier lichtjes aanspannen en ontspannen? Of is het de uitbreiding van de subtiele energie langs de ruggengraat (kundalini)?

Laat de energie zich uitbreiden langs de hele wervelkolom. De gedachten zijn dan verdwenen, ver op de achtergrond. De adem gaat schijnbaar niet meer naar binnen of naar buiten. Ofwel omdat de adem gestopt is of omdat de adembeweging zo verfijnd is dat hij nauwelijks nog waar te nemen is. In deze toestand, waarin prana shakti zich in de sushumna bevindt, is er geen fysieke ademlucht meer nodig. Ervaar hier de vorm van het absolute.

Als de adem vanzelf wordt vastgehouden na de inademing en na de uitademing – in de voleindiging van deze beoefening openbaart zich de vredige staat.

vers 27

In de hatha yoga bestaan er ademhalingsoefeningen waarin bewust de adem wordt ingehouden (kumbhaka). Dat kan met volle en met lege longen. De bedoeling van dit vers is om heel gemakkelijke, bewuste adempauzes in te voeren van een paar tellen. Na de inademing en na de uitademing. Het uiteindelijke doel van dit soort oefeningen is de spontane adempauze (kevala kumbhaka). Zo’n spontane adempauze kan ook optreden tijdens diepe meditatie. Daar gaat dit vers over. De adem kan spontaan stoppen na de uitademing (in de dvādaśānta) of na de inademing (in de hartstreek). Hier openbaart zich dan een onwaarschijnlijk vredige staat. De eenvoudige stilte van de adempauze gaat voorbij aan de dualiteit van de in- en uitademing.

Wanneer de geest overal en altijd op het hart gericht is dan verliest hij langzamerhand zijn rusteloosheid waardoor het onbeschrijflijke zich binnen enkele dagen openbaart.

vers 512

Beoefen aandacht (mindfulness) tijdens dagelijkse activiteiten – altijd en overal. Één van de manieren is om een concentratiepunt te behouden, bijvoorbeeld het hartchakra. Over het precieze aandachtspunt zijn de vertalers verdeeld, want er staat dvādaśānta en dat kan ook het punt tussen de wenkbrauwen zijn. Hoe dan ook, door constante oplettendheid te betrachten zal de geest spoedig rustig worden. Levend vanuit aandacht word je een toeschouwer – en niet langer een slachtoffer – van het dagelijks leven.

Daar waar de inademing en de uitademing samenvallen, binnen of buiten, daar wordt de yogi bewust van eenheid.

vers 64

Inademing en uitademing raken elkaar in de adempauze. Ofwel de adempauze met lege longen (buiten) of de adempauze met volle longen (binnen). In de adempauze zijn er geen twee bewegingen meer, er heerst slechts de stilte van de eenheid. Dit is een beoefening die je tijdens de zitmeditatie kunt toepassen. Hij lijkt op vers 25 maar in dat vers wordt de aandacht gevraagd voor het omkeren van de beweging. In het huidige vers gaat het om de afwezigheid van beweging, ademloosheid, zijnde afwezigheid van dualiteit. 

Met een wijde mond, plaats je de tong in het midden en richt je de geest op het midden. Herhaal de klank “hhh” in gedachten en laat jezelf opnemen in vrede.

vers 81

De bedoeling is om de mond ruimtelijk te laten aanvoelen. Dat kan door de mond wijd open te sperren. Maar het kan ook met gesloten lippen, simpelweg door een gevoel van ruimte en ontspanning op te roepen. Plaats de tong in het midden van de mond en richt je aandacht op het midden van de tong. Je ademt in en uit met de een zacht geruis van de klank “hhh” . Laat de geest hierdoor vanzelf vredig worden. Dit doet mij denken aan de ujjayi ademhaling uit de hatha yoga. Dat is een ademhaling met een licht geknepen stemspleet zodat er een licht geruis in de keel ontstaat. Het zachte geruis van de oceaan. 

Adem uit met de klank “sa” en adem in met de klank “ham”. Zo herhaalt de mens de mantra “hamsa” zonder onderbreking. Dag en nacht, 21600 maal per etmaal, reciteert men de naam van de Godin. Dit is gemakkelijk om te beoefenen en is slechts moeilijk voor de onwetenden. 

vers 155b – 156

Dit is de bekende mantrameditatie (ajapa japa). De adem maakt onafgebroken de klank “hamsa”of “soham”. Als je gemiddeld 15 keer per minuut ademt, en je richt je daarbij op het zachte geluid van de ademhaling, dan herhaal je de mantra 21600 maal per etmaal. Dit is één van de eenvoudigste meditatiemethodes.

Oefenen met de Vijnana Bhairava Tantra

Tellen van de adem als methode

Mensen die beginnen met meditatie wordt dikwijls het tellen van de ademhaling geleerd. Het lijkt zo gemakkelijk: ga zitten met een rechte rug en volg je ademhaling. Word je gewaar van de adembeweging op een plaats in het lichaam, bv. de buik of het neuspuntje. Begin met je uitademing te tellen, van één tot tien. Telkens als je afgeleid wordt keer je vriendelijk terug naar het tellen van de ademhaling. Steeds weer. Als je de tel kwijt raakt begin je weer bij één. Blijkt dit helemaal niet zo gemakkelijk te zijn! Doe dit 25 minuten lang, liefst elke dag. Als het tellen wat mechanisch wordt kun je overgaan tot het louter volgen van de adem zonder te tellen.

Dat is het dan. Dit is de meditatietechniek voor beginners, gevorderden en experts. Meer is er niet. De Boeddha leerde dat je door meditatieve aandacht voor de ademhaling alle verlichtingsstadia kunt doorlopen (Anapanasati Sutra).

Pauzes in de adembeweging

Soms is het prettig om wat te experimenteren. Eén van de technieken die ik van harte kan aanbevelen is om eens te gaan letten op de pauzes in de adembeweging (verzen 25 en 64). De pauzes kennen een natuurlijke stilte die zich gaandeweg over je hele wezen kan verspreiden.

Meditaties uit Kasjmir

Het is ook mogelijk om de eerste drie verzen (24 t/m 26) in één meditatiesessie te combineren. Ze kennen immers een natuurlijke progressie. Je begint dan met de ademhaling te volgen van het hart tot de ruimte vóór de neus. Na een tijdje richt je je op de pauzes in die beweging. Mocht de adem dan nog subtieler worden dan kan je de aandacht verleggen naar de onderste wervels. Is er nog sprake van een adembeweging? Of is er alleen maar een beweging van de energie in het midden van de wervelkolom? Na lange beoefening zou de adem wel eens onmerkbaar kunnen worden – een teken van diepe meditatie.

Mindfulness

Naast de meditatie is het van belang om aandacht tijdens het dagelijks leven te ontwikkelen. De tekst geeft hier meerdere suggesties voor: aandacht voor de pauze na de inademing in de hartstreek (vers 51) of voortdurend bewust zijn van de automatische mantra “hamsa” die bij de ademhaling hoort (vers 156).

Veel succes op je pad. Het is letterlijk een kwestie van een lange adem!

Bronnen en een voetnoot

Ik heb de bovenstaande vertaling gemaakt aan de hand van de Sanskriet tekst, drie Engelse, twee Franse en een Nederlandse vertaling. In navolging van Paul Reps heb ik de effecten van de dharana’s (concentratiemethodes) op een moderne manier neergezet. Anders zouden de herhaalde verwijzingen naar Bhairava, Shiva en Shakti een hindernis kunnen vormen. Het commentaar is van mijn hand geïnspireerd door Lakshman Joo. Omdat de tekst zo bondig is en het Sanskriet zo multi-interpretabel is deze vertaling, net als alle anderen, een interpretatie.

  • Lakshman Joo, Vijanana Bhairava, The Practice of Centring Awareness, Indica Books, 2007 (commentary by Lakshman Joo, translation by Bettina Bäumer).
  • Lakshman Joo, Vijanana Bhairava, The Manual for Self-RealizationPractice of Centring Awareness, 2010 (editor John Hughes, Universal Shaiva Fellowship, Indian edition 2011).
  • Kempton, Sally, Doorways to the Infinite, SoundsTrue audio, ISBN 978-1-62203-155-9.
  • Odier, Daniel, Tantra yoga, le tantra de la connaissance supreme (Vijnânabhaïrava Tantra), Albin Michel 1998.
  • Reps, Paul, Zen Flesh, Zen Bones: A collection of Zen and pre-Zen Writings (Centering), Tuttle Publishing, 1998.
  • Silburn, Lilian, Le Vijnana Bhairava Tantra, Paris, 1983.
  • Singh, Jaideva, Vijnabhairava or Divine Consciousness, New Delhi, 2003. 
  • Zondervan, Koos, Yoga volgens de Kashmirmethode, Trika, 1996.

  1. Andere drietallen uit het Kashmir Shaïvisme, zij para (non-dualiteit) – apara (dualiteit) – aparapara (dualiteit in non-dualiteit), iccha (wil) – jnana (wijsheid) – kriya (handeling) en Shiva (zuiver bewustzijn) – Shakti (energie van het bewustzijn) – Naru (de Mens). ↩︎
  2. Volgens Paul Reps (hierboven) was dit het favoriete vers van Swami Lakshman Joo. “When in wordly activity, keep attentive between the two breaths, and so practicing, in a few days be born anew.” ↩︎
Home » Yoga en meditatie informatie » Meditaties uit Kasjmir: Vijnana Bhairava Tantra