Sosan (Sencan) schreef de Xinxin Ming, vers van vertrouwen in hart en geest1. Hij leefde in de 6e eeuw als derde Chinese patriarch in de zenlijn.
Inleiding
De Xinxin Ming wordt toegeschreven aan de derde Chinese patriarch Sosan (Sencan) die in de 6e eeuw leefde. In het Japans heet het de Shinjin mei en de auteur Sosan. Geleerden betwijfelen of Sosan het gedicht geschreven heeft en plaatsen het soms twee of drie eeuwen later. Hoe dan ook, het is een prachtig gedicht dat de Chinese zen (ch’an) duidelijk weergeeft. Het is daarom zeer geliefd bij beoefenaars van alle tijden.
Zenmeester Chao-chou (Joshu) uit de 9e eeuw citeerde dit vers dikwijls, getuige de tweede koan uit de Hekiganroku2. Westerse zenkringen bestuderen het gedicht nog steeds. Zo bespreekt Nico Tydeman de eerste regels in zijn boek over koans3.
Waar gaat het over? Over Ch’an, het boeddhisme dat door Bodhidharma uit India overgebracht werd en in China beïnvloed werd door de Dao van LaoZi. Het gedicht opent zelfs met het woord Dao, hier vertaald als de Grote weg. De titel “XinXin Ming” gaat over vertrouwen, een rotsvast vertrouwen gebaseerd op spirituele ervaring.
Vertrouwen in het Ene, de verlichte eenheidsgeest, hart en geest verlicht, “sereen en stil, zonder woorden, lumineus” (Hongzhi). De eenheid gaat voorbij aan de dualiteit waar het gedicht veelvuldig aan refereert (voorkeur/afkeur, beweging/rust, goed/fout, grijpen/afstoten). In de eenheid verschijnen de dingen in hun zo-heid, als wederzijds afhankelijk en leeg. Ieder verschijnsel bevat in zichzelf het geheel. Dit non-dualistische inzicht is niet door het discursieve denken te bereiken, waarschuwt het gedicht meermaals. Want de uiteindelijke waarheid is grenzeloos, tijdloos en niet onder woorden te brengen.
Vers van vertrouwen in hart en geest
De grote Weg is niet moeilijk
Voor wie geen voor- of afkeur kent4.
Laat begeerte en haat varen
En hij toont zich klip-en-klaar.
Als je slechts het geringste onderscheid maakt
Dan wijken hemel en aarde ver uiteen.
Als je de waarheid wilt realiseren,
Laat dan alle pro's en contra's los.
De strijd tussen verlangen en haat
Is een ziekte van de geest.
Als je de diepte van de Weg niet bevat
Word je innerlijke rust nodeloos verstoord.
De Weg is volmaakt en onmetelijk ruim,
Aan niets ontbrekend, niets teveel.
Waarlijk, door jouw grijpen en afstoten
Zie je de dingen niet zoals ze zijn5.
Laat je niet door uiterlijke zaken verstrikken,
Verlies je ook niet in de leegte binnenin6,
Verblijf sereen bij de Eenheid
En onjuiste denkbeelden verdwijnen vanzelf.
Als je de beweging tracht te stoppen
Vervult dit je juist met activiteit.
Vastgeklampt aan passiviteit en activiteit
Zul je het Ene nimmer kennen.
Als je het Ene niet begrijpt, dan faal je
In passiviteit en activiteit, in ontkenning en bevestiging.
Ontken de dingen en mis zo hun werkelijkheid;
Bevestig de dingen en mis zo hun leegte7.
Hoe meer je erover praat en denkt,
Hoe meer de Weg je ontgaat.
Stop met het praten en denken
En niets zal je ontgaan.
Keer terug naar de bron en ontdek zijn betekenis;
Het najagen van uiterlijkheden brengt je er vandaan.
Het moment van innerlijke verlichting
overtreft zowel de uiterlijkheden als de leegte.
Veranderingen in deze oppervlakkige wereld
Lijken slechts werkelijk vanwege jouw onwetendheid.
Zoek niet naar de waarheid;
Maar houd op met je meningen te koesteren.
Verblijf niet in het dualisme;
Vermijd dat zorgvuldig.
Door slechts een spoortje van goed of fout,
Verliest de geest zich in verwarring.
Alle dualiteit komt voort uit het Ene;
Maar hecht zelfs niet aan dit Ene.
Als de geest niet verstoord is
Kan niets ter wereld je nog hinderen.
Zonder hindering verdwijnen de dingen;
Zonder de dingen verstilt de geest.
Het subject verstilt als het object verdwijnt;
Het object verdwijnt als het subject verstilt.
Een ding is een object vanwege het subject;
Het subject is een subject vanwege het ding.
De onderlinge afhankelijkheid van beide
Komt voort uit hun gemeenschappelijke leegte.
Weet dat ze in leegte onafscheidelijk zijn;
Ieder bevat in zichzelf het geheel.
Maak geen onderscheid tussen het grove en subtiele
En laat alle vooroordelen varen.
De grote Weg is kalm en ruimhartig,
Niet gemakkelijk, noch moeilijk.
Beperkte standpunten zijn besluiteloos;
Hoe sneller ze spoeden, hoe trager ze gaan.
Het grijpen kent geen grenzen;
Zelfs gehecht zijn aan verlichting is een dwaalspoor.
Laat de dingen op hun natuurlijk beloop;
Dan is er geen komen en gaan.
Wees in harmonie met de Weg
Dan wandel je vrij en onverstoord.
Gebonden door gedachten, verlies je de waarheid
En wordt alles troebel en dof.
Oordelen leidt tot een vermoeide en getergde geest;
Waarom toch alles willen grijpen of afstoten?
Als je wilt reizen op de Weg
Verwerp dan de zesvoudige zintuiglijke wereld niet8.
Waarlijk, de zes zintuigen volledig aanvaarden
is gelijk aan ware verlichting.
De wijze handelt zonder belang;
Alleen de dwaze ketent zichzelf aan een doel.
Er is slechts één Dharma, niet vele.
Onderscheid komt voort uit het grijpen der dwazen.
De geest zoeken met het discursieve denken
Is de oorspronkelijke fout.
Rust en onrust komen voort uit verwarring;
Verlichting kent geen voor- of afkeur.
Alle tegenstellingen komen voort
Uit onwetendheid.
Ze lijken op dromen of bloemen in de lucht;
De dwazen trachten ze te grijpen.
Winst en verlies, goed en kwaad -
Verwerp zulke gedachten resoluut.
Als het oog nooit slaapt
Dan staken de dromen.
Als de geest geen onderscheid maakt
Zie je zo-heid, de dingen zoals ze zijn.
Als je het mysterie van zo-heid ervaart,
Ben je verlost van alle verwikkelingen.
Als je de dingen zonder onderscheid ziet,
Keer je terug tot de bron die je bent.
Beschouw de beweging in rust en de rust in beweging
Zodat zowel rust als beweging verdwijnen.
Als de dualiteit verdwijnt.
Kan zelfs het Ene niet bestaan.
De uiteindelijke werkelijkheid
Staat boven de wet of beschrijving.
Voor de geest één met de Weg
Houdt het doelgerichte handelen op.
Alle twijfel en besluiteloosheid verdwijnen
En vertrouwen neemt de overhand.
In één klap ben je bevrijd van je ketenen;
Niets kleeft aan jou en jij houdt ook niets vast.
Alles is leeg, helder en verlicht zichzelf
Zonder enige inspanning van geest.
Hier zijn denken, voelen, kennis en verbeelding
van generlei waarde.
In deze wereld van "dingen zoals ze zijn",
Is er geen zelf en geen ander.
Om je hier aan te herinneren
Zeg je simpelweg "niet-twee".
In deze non-dualiteit is niets afgescheiden,
Niets buiten gesloten.
De verlichten van alle tijden en plaatsen
Hebben deze waarheid gerealiseerd.
Deze verlichting gaat voorbij tijd en ruimte;
Een moment is een eeuwigheid.
Niet alleen hier, noch alleen daar
Maar altijd recht voor je neus.
Oneindig groot en oneindig klein,
Zonder onderscheid, onbeschrijflijk,
Geen grenzen te zien.
Zo ook voor "bestaan" en "niet-bestaan".
Verspil geen tijd aan argumenten en twijfels
In een poging het ongrijpbare te grijpen.
Eén ding en alle dingen -
Beweeg ertussen en ga er zonder onderscheid mee om.
Levend vanuit deze realisatie
Maak je je geen zorgen over onvolkomenheden.
Dit vertrouwen in hart en geest is zonder dualiteit;
Zonder dualiteit ben je één met de Weg.
Woorden! Woorden!
De Weg kent geen taal,
Geen gisteren, vandaag of morgen.
Voetnoten
Dit is mijn eigen vertaling van de Xinxin Ming van Sosan gebaseerd op een tiental Engelse versies die gemakkelijk op internet te vinden zijn. Veel zenmeesters en geleerden hebben zich namelijk met deze tekst bezig gehouden, bv. R.H. Blyth, R.B. Clarke, Christmas Humphreys, D. Pajin, D.T. Suzuki, enzovoort.
- Er zijn verschillende manieren om het Chinees in romaanse karakters om te zetten. In het verouderde Wade-Giles systeem heette dit gedicht Hsin Hsin Ming. In het modernere Pinyin systeem is het Xin Xin Ming geworden. De verzen worden toegeschreven aan Sosan. Of hij de werkelijke auteur is weten we niet. ↩︎
- Sekida, K., Two Zen Classics, Shambala, Boston & London, 2005, p. 149. ↩︎
- Tydeman, N., Koan – Contemplatie op woorden en gebaren, Asoka, 2005. ↩︎
- Nico Tydeman schrijft dat de grote Weg je leven is en dat voorkeur en afkeur onlosmakelijk bij het mens-zijn horen. Ook iedere handeling maakt deel uit van dit leven; daar is niets moeilijks aan. De Weg kan ook staan voor het absolute aspect van de werkelijkheid. Dat staat dan tegenover het relatieve aspect van een zelf dat verstrikt is in de dualiteit van voorkeur en afkeur ↩︎
- De dingen zien zoals ze zijn (zo-heid, tathata, dharmata), dus als leeg en wederzijds afhankelijk. ↩︎
- Leegte verwijst hier naar een kalme, gedachteloze geest in meditatieve absorptie. De tekst waarschuwt om hier niet in te blijven steken. ↩︎
- Leegte refereert hier aan wederzijds afhankelijk ontstaan. Dingen hebben geen tijdloze onafhankelijke eigen aard maar verschijnen en verdwijnen in onderlinge afhankelijkheid. ↩︎
- Zes zintuigen, nl. de vijf zintuigen en het bewustzijn. ↩︎